Nieuws

De topsporters van de melkveehouderij

Zembla besteedde afgelopen week aandacht aan de ontwikkelingen in de melkveehouderij en wat dit voor de dieren betekent. Sinds 1 april mogen boeren weer zoveel melken als ze willen.

Topsporters

De 1,6 miljoen Nederlandse melkkoeien produceerden vorig jaar meer dan 12 miljard liter melk. Gemiddeld geeft een koe 8376 kilo melk per jaar, maar tijdens de top van haar productie kan een koe per dag wel 40 tot 60 kilo melk produceren. “Dat is fysiologisch gezien een enorme topprestatie. Dit zijn absolute topsporters”, zegt professor Huub Savelkoul in de uitzending van ZEMBLA. Maar die topprestatie heeft zijn prijs. “Het is zeker zo dat hoogproductieve dieren hun energie maar aan een ding kunnen uitgeven. En dat is dan melkproductie. En dat zal ten koste gaan van andere bronnen waar ze energie voor nodig hebben."

Mager en ziek

"Koeien vermageren sterk in de top van hun productie en zijn hierdoor ook erg kwetsbaar. Er hoeft maar iets te gebeuren of de koe wordt ziek", aldus professor Savelkoul in de uitzending. Bijna 1 op de 3 koeien krijgt jaarlijks te maken met uierontsteking. En veel melkkoeien hebben klauwproblemen. Een gebrekkige weerstand kan ook leiden tot onvruchtbaarheid. Dat is een probleem, want om te melk te geven, moet een koe elk jaar een kalfje krijgen. Maar veel koeien krijgen al na een paar jaar te maken met een verminderde vruchtbaarheid. En dan gaan ze naar de slachterij. Uierontsteking, klauwproblemen en verminderde vruchtbaarheid zijn de belangrijkste reden dat koeien vroegtijdig worden afgevoerd. Ze zouden gemakkelijk meer dan tien jaar melk kunnen geven, maar in de praktijk gaan de dieren minder dan vier productieve jaren mee.

Weidegang

Zembla besteedde ook aandacht aan de gevolgen van de stijging van de Nederlandse melkproductie voor weidegang. Koeien in de wei is toch een typisch Hollands tafereel, maar wordt dit niet steeds meer een virtueel imago? In 2006 liep 83 procent van de koeien buiten, vorig jaar nog maar 68 procent. De trend van intensivering en uitbreiding van melkveebedrijven wordt gezien als de belangrijkste bedreiging voor beweiding. Grotere bedrijven passen minder weidegang toe dan kleinere bedrijven. Het omslagpunt van meer dieren op stal dan in de wei ligt bij de bedrijfsomvang van 150-200 melkkoeien.


(Bron foto: ZEMBLA)